5 Tips voor de betere landschapsfoto

De meest voorkomende vraag die mij gedurig gesteld wordt is deze: “Hoe maak ik een betere foto?” En dan maakt het niet uit of het nu gaat om portretten, landschappen, natuur, macro of het gebruik van een flitser – deze vraag is haast universeel. Uiteindelijk wil iedereen graag tips en tricks om betere foto’s te maken. Gelukkig gaat het bij Moor Fotografie altijd over jou betere foto's laten maken, dus je bent hier aan het juiste adres! Naast de creatieve en subjectieve aspecten van fotografie, zijn er een aantal fundamentele stappen die je fotografie naar een hoger niveau tillen. Vandaag deel ik een aantal van deze stappen die ik heb geleerd over landschapsfotografie.

Fotografeer tijdens het Gouden Uurtje

De beste tijd om landschapsfoto’s te maken is tijdens het Gouden Uurtje – dat is het moment net na zonsopkomst en net voor zonsondergang. Maar waarom wordt deze tijd zo genoemd? Er zijn twee redenen:

1. De kwaliteit van het licht: Door de lage stand van de zon moet het zonlicht een langere afstand door de atmosfeer afleggen. En dat zorgt voor die prachtige warme kleur licht. Het is zachter en geler (goudkleurig), waardoor een landschap of wat dan ook er veel mooier uit ziet dan in het harde midden van de dag.
2. De aantrekkingskracht van de beelden: Foto's die gemaakt zijn in het gouden uur worden nu eenmaal meer gewaardeerd. Ze hebben een grotere kans om verkocht te worden, ook al is dat misschien niet je doel.

Plan daarom je fotosessies zorgvuldig en maak optimaal gebruik van dit gouden licht. Het landschap baadt dan in warme, gouden tonen die je foto’s een bijzondere uitstraling geven.

5 Tips Voor Betere Landschapsfoto’s

Zoek vooraf een goede locatie. Het is uiteraard goed om te weten wanneer je moet fotograferen, maar -nog belangrijker- ook waar. Een goed landschap komt pas tot zijn recht met de juiste lichtomstandigheden. Er zijn prachtige hulpmiddelen zoals The Photographers Ephemeris of PhotoPills waarmee je vooraf visualiseert hoe het licht op een bepaald moment en locatie valt. Gebruik die ook. Of leer ze gebruiken! P[ deze manier ga je optimaal plannen en de perfecte compositie vinden.

Neem niet te veel materiaal mee. Landschapsfotografie draait vaak om een breed perspectief, dus een groothoeklens is een logische keuze. Zware lenzen zoals een 70-200mm of nog langer kun je beter thuis laten. Tenzij je echt een specifiek beeld in gedachten hebt. Mijn standaarduitrusting bestaat uit een Nikon D500 of Z7ii met een Sigma 17-50mm f/2.8 of Nikkor Z 14-30mm f/4 S lens. Een stevig statief, een reservebatterij, een afstandsbediening en extra geheugenkaarten zijn natuurlijk ook erg handig om mee te nemen.

Fotografeer in de portretstand Dit klinkt misschien vreemd, maar voor landschapsfoto’s kan het enorm helpen om in de portretstand te fotograferen. Je kunt zo meer van het landschap en de lucht vastleggen. Later kun je in bewerkingssoftware zoals Photoshop meerdere beelden samenvoegen tot een panoramafoto. Dit geeft je meer controle over wat je uiteindelijk vastlegt.

Plaats de horizon in het midden Hoewel de regel van derden zegt dat de horizon op 1/3 van het beeld moet liggen, kan het in landschapsfotografie juist beter zijn om de horizon in het midden te plaatsen. Dit minimaliseert vervorming, vooral bij groothoeklenzen, en maakt het makkelijker om foto's later aan elkaar te stitchen zonder storende vervormingen.

Gebruik een statief voor haarscherpe beelden Omdat je vaak bij weinig licht fotografeert tijdens het gouden uur, is een statief essentieel om bewegingsonscherpte te voorkomen. Hiermee kun je langere sluitertijden gebruiken en toch scherpe beelden maken. Daarnaast geeft werken met een statief een extra bijdrage: het zorgt voor vertraging. En dat komt je werk altijd ten goede.

Conclusie

Een betere landschapsfoto maken is zeker geen kwestie van geluk, maar juist van een gedegen voorbereiding. Door te fotograferen tijdens het gouden uur, de juiste apparatuur mee te nemen en goed te werken met compositie, Maak je foto's van een hoger niveau tillen. Veel DOEN, veel plannen en durf te experimenteren.